Wanneer heeft MVO een grotere morele waarde: als het wordt gedaan vanuit plichtethische of uit strategische motivatie? Dus: om het goede te doen, of om er zelf beter van te worden?
Florentine Hirdis
Kern van het verhaal: je hebt beiden nodig om MVO succesvol te kunnen maken. Het is verleidelijk om te kunnen zeggen dat MVO alleen goed is dat het intrinsiek gemotiveerd is, maar dan ga je voorbij aan het feit dat het een manier van ondernemen is en dat het gericht is op winst maken. Goed MVO is dus de plichtethische met de strategische motivatie combineren. Je begint eraan omdat je de intrinsieke motivatie hebt, en het wordt een succes omdat je slim onderneemt. Als je alleen maar MVO doet omdat je er winst mee maakt, dan verval je gewoon in manieren van efficient ondernemen en dan is het geen MVO meer.
Is de vraag wat beter is – deontologie of utilisme – daarmee zinvol?
Met dank aan Jelte de Kock
Geen opmerkingen:
Een reactie posten