vrijdag 24 juni 2011

Op stap!

De afgelopen weken zijn we intensief op stap geweest. Zo intensief dat het blog er even bij in schoot. De broodnodige update nu dus!

Waar zaten we? Overal zo’n beetje. Bij een ethics & compliance officer, bij ethici onder andere van de TU Delft, bij Kennispunt in Utrecht, bij de directeur van een bedrijf in Zaandam, bij  Cok Bakker, bij MVO als businessdriver in Vianen.....Stuk voor stuk bijzondere ontmoetingen, inspirerend en open gesprekken.

We zijn blij dat we op zoveel plaatsen zo welkom zijn om in ieder geval eens kennis te komen maken. Het zijn verfrissende gesprekken. Ethiek is dus helemaal niet zo wijsneuzerig, oubollig en stoffig als zo hier en daar wordt gedacht. Een gesprek over identiteit, vertrouwen, mens-organisatie, professionaliteit, dilemma’s en persoonlijk moraliteit is gewoon chill. En daarnaast is het verwarmend en zelfs ontroerend om te merken dat onze ethiek invalshoek, de onderwerpen waar we over gaan, de “toolbox” die we hebben met zoveel gemeend enthousiasme wordt onthaald.

Wat wij uit onze strot krijgen, vinden we zelf zo nu en dan ook best wel aardig. Al doende leert men en we ervaren groeiende routine in het vertellen van ons verhaal. Ethiek operationeel maken, meerwaarde creeren door ethische besluitvorming.  5 Seconden is inmiddels genoeg om de blik “ethiek, o jee, moeilijk, lastig, hoog, ver” om te buigen naar “leuk! Wauw!” Da’s winst. Voor ons en de ander. En zo hebben we  per ongeluk een geheel eigen KPI ontwikkeld.

Het belang daarvan begrepen we gister bij de Sogeti bijeenkomst over MVO als businessdriver. Het gaat om certificaten, businesscases en KPI’s. Dat belichaamt vertrouwen in het bedrijfsleven. Dat is wat zorgt dat je klanten kunt krijgen, beluisterden we. Business intelligence gaat over meetbare informatie. Meten is weten, gissen is missen. De categorie "zoeken"? "Innoveren"? Dat wordt gedaan als je er een businesscase van kunt maken. Niks niet open uitkomst. Zoeken is vinden. In een klap begrepen we dat we verdomd goed zitten met ethiek en EthiekZaak. Want uit onder meer dit artikel blijkt dat “it pays to give a damn”. Voor rupsjes nooit genoeg levert een Google search op de termen pays to be ethical nog veel meer op aan heuse harde feiten. Dus met onze businesscase zit het wel snor. 

Bijna belandden we zelf acuut in een comfortzone, we zagen al stapels werk op ons afkomen….Maar verdorie, waarom zijn we nou te eigenwijs om ethiek te laten vangen in tick box computerprogramma’s? Om te accepteren dat ethiek geregeld is als medewerkers een of meerdere keren per jaar in een test de goede keuze aanklikken waarmee ze aangeven dat ze begrepen hebben wat het is om integer te zijn? Waarom o waarom willen we nou toch echt ethiek in de werkelijke beroepspraktijk hebben? Voorbij boekjesdilemma’s naar wat werkelijk speelt? Waarom laten we nou identiteitsvragen van organisaties en medewerkers niet gewoon lekker bij marketing liggen en gaan we daar een goede studie in doen? Dan hebben we tenminste een vak. Maar nee hoor. We willen natuurlijk diep nadenken. En nog veel erger. We willen dat anderen dat ook doen. Uit de comfortzone, weg van de hoogvlakte van het eigen gelijk. Met volle vaart op naar de durf om te twijfelen en te zoeken zonder vindgarantie. Hard doorstoten naar het belang van de menselijke maat. En we claimen dan ook nog dat dit graven naar fundamenten het leven van professionals en organisaties eigenlijk makkelijker maakt. Terwijl de hele wereld gewoon lekkere concrete oplossingen wil. Of de vraag zich daar nou voor leent of niet.

Misschien komen we van de zomermaanden wel tot inkeer. Laten we onze eigenwijzigheid op een strand liggen of verstoken we m op de barbecue. Hoewel…een portie zetten we alvast op kweekgrond zodat het lekker welig kan gaan tieren. 

donderdag 16 juni 2011

Ethiek tussen angst, moed, macht en leiderschap

Naar aanleiding van de EthiekMarathon ging EthiekZaak op bezoek bij Ad van Vugt, ondernemer in Zaandam en Bestuurslid van de Hans van Mierlo Stichting
het wetenschappelijk bureau van D66. Dat resulteerde in een gesprek over ethiek tussen moed, angst en het vermogen om leiderschap te tonen. Van medewerkers en directie. Een vermogen dat steeds belangrijker wordt in een tijd waarin organisaties tegelijkertijd zowel groter als platter worden. Waarin de hiërarchische structuren veranderen en per consequentie van iedere medewerker meer verantwoordelijkheid en dus meer eigen oordeels- en beslisvermogen wordt gevraagd. Het beroep op de persoonlijke moraliteit van medewerkers, managers en directieleden zal in de toekomst steeds groter worden. Naar aanleiding van het gesprek vroegen wij Ad een blog te schrijven. 


De moed om verantwoordelijkheid te nemen

‘Why is authority always a problem?’. Deze vraag stelde Engeland’s meest geciteerde socioloog Frank Furedi, onlangs in zijn Thomas Moore lezing. Hij was in Nederland op uitnodiging van de Radboud Universiteit Nijmegen (het zogenaamde Soeterbeeck programma). Furedi wordt een dwarsdenker genoemd vanwege de standpunten die hij regelmatig inneemt over maatschappelijk vraagstukken. Zo is hij bijvoorbeeld van mening dat de autoriteit van ouders, leraren en ouderen over jongeren hersteld moet worden. In zijn lezing ging hij in op de vraag waarom volgens hem autoriteit/gezag nodig is, waar en waarom we het zijn kwijtgeraakt en hoe we het kunnen herstellen.
Waar hebben we het over als het gaat om autoriteit? Furedi gelooft niet in geconstrueerde autoriteit. Hiervan is sprake als mensen zich een houding aanmeten die alleen op een titel of functie is gebaseerd. Hij gelooft in authentieke autoriteit, gebaseerd op bewezen inhoudelijke kwaliteiten gecombineerd met verantwoordelijkheidsgevoel en moed (bij dat laatste barstte de zaal overigens in lachen uit. Waarom eigenlijk?). Die authentieke autoriteit vindt zijn plaats ergens in het spectrum tussen macht en overleg. Blinde macht heeft geen gepercipieerde autoriteit en wordt alleen uit angst erkend. Puur overleg staat autoriteit in de weg; anders is het immers geen overleg meer (hiermee verwijzend naar Habermas’ communicatieve realiteit. Habermas  was  overigens diezelfde week in Amsterdam).
Volgens Furedi zijn de authentieke autoriteit kwijt geraakt toen we vanaf de jaren 60 van de vorige eeuw de gelijkwaardigheid van mensen gingen nastreven, gingen geloven in de anti-autoritaire opvoeding, de inspraak en medezeggenschapstructuren. Hierbij werd mede verantwoordelijkheid niet vereist, en die is essentieel voor authentieke autoriteit. Wat daarom volgens Furedi nodig is om het gezag te herstellen is in de eerste plaats het herstellen van wat hij noemt de ‘discretionaire bevoegdheid’ om te handelen op basis van bewezen inhoudelijke kwaliteiten. Met daarbij de noodzaak van het erkennen dat er dan wel eens iets fout kan gaan; hiervan leert men alleen maar.
Het tweede element voor gevestigd gezag noemt hij moed. De moed om vanuit eigen moraliteit, kennis en ervaring ergens voor te gaan staan. De rug recht te houden en zich uit te spreken in het publieke domein (dit betreft ‘de mensen onderling’ – PPC 2009). Niet te zwichten voor het argument; ‘wat maakt het nou uit als ik iets doe’ maar het voortouw nemen (hier komt overigens het word autoriteit vandaan: het Latijnse auctoritas  dat initiëren betekend) en leiderschap tonen op het niveau waarop je invloed hebt. Laten zien waar je voor staat.
Waarom is dat herstellen van gezag nodig? In een maatschappij waarin moraliteit niet wordt opgelegd maar door mensen zelf moet worden bepaald op individueel niveau is veel leiderschap nodig. Want pas in de dialoog met anderen ontstaat consensus over wat voorlopig en contextueel bepaald de waarheid is waar we ons mee kunnen verenigen. En om te voorkomen dat dit een schreeuwpartij wordt, is het goed als er mensen zijn die over de dingen hebben nagedacht en op kennis en ervaring gebaseerd een gefundeerde mening hebben. Dan is leiderschap niet op hiërarchie maar op gelijkwaardigheid - inclusief verantwoordelijkheid - gebaseerd en wint de kracht van argumenten